Poesiaanse uitdrukkingen

1. Daar moeten we ons niet veel van aandragen.
2. Nadat we hier op gedeven hebben.
3. De windingen die we hier zien opgewinden te zijn.
4. Koestert u dat vrees in.
5. Er blijven dus nog twee parameters in koers.
6. Als wij daar stroom in steken, dan zien we dat de ene keer de krachtlijnen zus, en anders langs de andere kant gaan.
7. De Ampères die daar doorwaaien.
8. Die gasten gaan in tegenovergestelde richting draaien.
9. Punten waarvoor aan deze kegelsnede wordt geraakt.
10. Ik heb in het boek nog een andere oplossing voorgestaan.
11. En dan ging hij op de juffrouw zijn schoot zitten.
12. Deze oplossing is verkeerdelijk.
13. Hoe of wij dit kunnen oplossen, en wat of dit ons zal brengen, zullen wij later zien.
14. Dat dit geldt, staat buiten kijf, en na een beetje rekenen zien we dat de stelling punt is.
15. Een ware as in deze kromme was Appollonius.
16. Punten die op de kegelsnede zitten.
17. Ik geloof dat u stillekensaan begint gaan te beseffen.
18. Wij weten hoe het gestaan en gelegen is met de asymptoten.
19. Als wij deze betekenis in de vergelijking van de kegelsnede overhevelen.
20. Ge kunt hem toch ook in een zetel afsteken.
21. Ze doven bijna tegelijk uit, omdat het tijdverschil zeer klein is.
22. Als ik de Self vergroot door op "mu" te spelen.
23. Als wij op het oog houden dat die spullen gesplijten zijn.
24. Hebt u daarvan iets kunnen aaneenrijmelen.
25. Dat zou veel meer vruchten afdragen.
26. Als u Marilyn Monroe van dichter bekijkt, dan kunt u niets anders zeggen dan: Conferentie der twee groten.
27. Hier in die hoek een broek, daar tegen de muur twee dikke benen, en daar nog verder twee andere dikke dingen.
28. Men kan zomaar niet stante pede de Newton de wereld in schoppen.
29. Dit is een fotokopie die zeer aangevochten is.
30. Gij moet het op uw hoede hebben, want gij zoudt u verschieten.
31. Ik heb mij verrekend.
32. Zij zouden het nochtans moeten zijn hebben.
33. Ik kan zelfs niet meer delen door twee, hetgeen mij doet betwijfelen dat het niet juist is.
34. Uit deze bundel gaan we de cirkelomtrekken distilleren.
35. Nu zit die grote massa daar te paard op die rotatieas.
36. Gij moet u haasten, want mijn pingponggasten wachten.
37. Nu weten we feitelijk reeds waaraf of waaraan.
38. Ik ga proberen mij een voorbeeld aan te halen waar dit zo is.
39. 't Is slechts een voortvloeisel uit de Ana dat ons deze definitie ingaf.
40. Dat kunnen we kennen van zus en zo.
41. Die dingen die waggelen gelijk.
42. Wees er maar gerust van.
43. Dat komt hier niet zo nauw.
44. Tja, zo gaan we iets klaar te scheppen.
45. Dit zijn lineaire snelheiden.
46. Die rek die ik daar heb opgespannen.
47. Ik krijg daarstraks in mijn voeten van de kolonel.
48. U hebt gelijk, ik heb mij een beetje gefopt.
49. U kan beter spelen met één vogel in de hand.
50. Ge moet dat niet gaan doorkramen en overkramen.
51. Hij veegde er dan ook zijn pikken aan.
52. Met mijn kleintjes heb ik leren verduldig zijn.
53. Ge hebt daar dit en dat, maar op dat moment zijt u om zo te zeggen uitgepurgeerd.
54. Ik heb vandaag even een kijkje gaan werpen.
55. Dat is een van die rare uitzonderingen die ge niet dikwijls tegenkomt.
56. De moleculen van een vloeistof, die zitten daar dooreengeranseld.
57. Op dat moment beginnen uw oren gaan te kloppen.
58. Dit punt is een zekere tijd na het andere aan het trillen geschoten.
59. Daarvan zijt u dus akkoord.
60. Zijn naam heeft aanleiding geweest.
61. Dat heeft een lameersel geworden.
62. Het is een spelen op de vierde dimensie.
63. Die is niet langs de politiek om tot professor bekogeld.
64. Ik heb dat nu reeds een van aangehaald.
65. Tot dat mijn klein zieken terug op de plooi zijn.
66. De tijd nodig om P beginnen doen te trillen.
67. Wat u met die eerste vraag hebt uitgebrouwen.
68. Dat antwoord is daar zomaar geparachuteerd.
69. Veeg het bord weg.
70. We trekken de raaklijnen aan die dikke en die dunne bol.
71. Tja, Felix, het is nog geen tijd om te wortelen.
72. Dat was de beste spionagefilm sedert eeuwen.
73. Het beste is, dat ik u toch nog wat goed Nederlands kan aanleren !!!

Zo sprak de Poes, God hebbe zijn ziel.